Allen voor één!

Allen voor één!

Bos verwacht van herinvoering van het negentiende-eeuwse districtenstelsel de vorming van één grote linkse partij.

bart tromp

Twee weken geleden verscheen het manifest Een ander Nederland, ondertekend door acht leden van de Partij van de Arbeid, GroenLinks en de Socialistische Partij die in de Tweede of Eerste Kamer zitten, geen backbenchers. Het manifest constateert dat deze partijen vaak in de praktijk samenwerken en vrijwel altijd elkaars moties in het parlement steunen. Het constateert dat daar ook alle reden voor is, gezien het beleid van de huidige coalitie, dat met zijn streven naar verdere privatisering van sociale voorzieningen, onderwijs, volkshuisvesting en gezondheidszorg ingaat tegen de wensen van de overgrote meerderheid van de Nederlandse bevolking. Dat vraagt om een nauwere samenwerking van de drie partijen, teneinde een andere regering en een ander beleid mogelijk te maken na de volgende verkiezingen.

Het manifest is mede ingegeven door de wetenschap dat zich in de opiniepeilingen een linkse meerderheid aftekent. De vraag is vanzelfsprekend of die blijft bestaan na de vorming van zo’n samenwerkingsverband, maar dan geldt toch de conclusie van de opstellers: zonder zo’n links alternatief levert de PvdA zich bij voorbaat uit aan een coalitie met CDA of VVD.

Het streven naar linkse eenheid om de kiezer daarmee vóór de verkiezingen duidelijk te maken welke regering na de verkiezingen kan ontstaan, heeft een lange historie. Het lag ten grondslag aan de oprichting van de PvdA in 1946, een samenwerkingsverband van sociaal-democraten, vrijzinnig-democraten en christen-democraten. Het lag opnieuw ten grondslag aan het voornemen tot vorming van een Progressieve Volkspartij in het begin van de jaren zeventig, een fusie van PvdA, PPR (radicale confessionelen) en D66 (de nieuwe vrijzinnig-democraten). En ook in de jaren daarna weerklonk met de regelmaat van een klok de oproep tot één grote linkse partij te komen.

Dat streven is altijd tot mislukking gedoemd geweest. Want in zo’n eenheidspartij zal de grootste fusiepartner de herkenbaarheid van de kleinere doen vervagen. Het is daarom heel verstandig dat de opstellers van Een ander Nederland juist niet voor één grote progressieve partij pleiten. Verschillen in traditie en cultuur, maar ook in inhoud en accent, moeten voor de kiezers juist herkenbaar blijven, opdat zij binnen zo’n samenwerkingsverband het relatieve gewicht van de deelnemende partijen kunnen bepalen. Ook in een ander opzicht verschilt deze oproep tot eenheid van eerdere oproepen. Die werden vrijwel altijd gedaan in een situatie waarin sommige van de beoogde partners op verlies stonden en andere op winst. Nu is sprake van drie partijen die er alledrie goed voorstaan. Geen ervan hoeft uit nood naar samenwerking te streven. Daarnaast is de partijpolitieke constellatie sinds de paarse kabinetten grondig gewijzigd. De PvdA is naar rechts opgeschoven, met een kleinere electorale aanhang dan die ze vroeger als linksere partij had. Maar links van de PvdA hebben GroenLinks en de SP zich weten te vestigen als serieuze politieke partijen, die tot deelname aan een regering in staat zijn. Dat is wat anders dan de linkse protestpartijen van vroeger. Bovendien hebben nog nooit zo veel kiezers links van de PvdA gestaan.

Aan de andere kant heeft het CDA onder Jan Peter Balkenende zijn traditionele middenpositie verlaten en is het een rechtse partij geworden, vergelijkbaar met de Duitse CDU, terwijl de VVD niet weet of zij haar neoliberalisme nog moet versterken met rechts populisme om aanhangers van Geert Wilders binnenboord te houden. Kortom, er is voor de linkse partijen alle reden om dit manifest serieus te nemen. Maar door Wouter Bos is het onmiddellijk in het vuilnisvat gestopt. Volgens hem zal de PvdA het bij de verkiezingen beter doen zonder bondgenoten. Maar dat is geen antwoord op de vraag aan wat voor coalitie die partij dan deel wil nemen. Het antwoord is ook in ander opzicht onthullend. Bos pleit met VVD-fractievoorzitter Jozias van Aartsen al tijden voor afschaffing van de evenredige vertegenwoordiging en herinvoering van het negentiende-eeuwse districtenstelsel. Hij verwacht daarvan – overigens in strijd met de feiten – de vorming van één grote linkse en één grote rechtse partij. En ook dat die linkse partij dan de meerderheid kan krijgen. Bos wil dus geen linkse meerderheid langs democratische weg, zoals voorgesteld in het manifest, maar eentje die is gefabriceerd door geknoei aan het kiesstelsel, teneinde de kiezer in zijn keuze zo veel mogelijk te beknotten.

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Het Parool
Datum verschijning
24-03-2005

« Terug naar het overzicht