Bush breekt wereldorde


 Elsevier 22-03-2003        

Vorige week heeft de voorzitter van het House Administration Committee  opdracht gegeven het woord ‘French’ te verwijderen uit alle menu’s van de restaurants in Huis van Afgevaardigden. Dit is dus het niveau waarop volksvertegenwoordigers in Washington het aanstaande einde van naoorlogse wereldorde markeren.

            De naoorlogse wereldorde is de schepping van scherpzinnige Amerikaanse politici als president Truman en zijn ministers George Marshall en Dean Acheson. Zij trokken lering uit de oorlog  en het interbellum waarin die oorlog mogelijk was geworden. Vrede en voorspoed zouden gegarandeerd moeten worden door internationale samenwerking op politiek, militair  en economisch terrein. Zo ontstond een netwerk van internationale regimes en internationale organisaties, waarvan de Verenigde Naties, de NAVO en de GATT (tegenwoordig de Wereld Handels Organisatie) de belangrijkste zijn. De mogelijke dreiging van de Sovjet-Unie bleef succesvol ingedamd.

            Alle naoorlogse Amerikaanse regeringen hebben deze orde gesteund en versterkt. Maar de regering van president Bush jr is deze in woorden en daden welbewust aan het afbreken. Zij koestert het visioen van andere wereldorde, waarin de Verenigde Staten, niet gehinderd door internationale afspraken, verdragen en instituties, op basis van militaire macht de dienst uitmaken.

            De kwestie Irak staat model voor deze breuk. Vorig jaar kondigden de Verenigde Staten aan door middel van oorlog het regime van Saddam Hoessein ten val te brengen, vanwege de massavernietigingswapens waarmee de laatste de Verenigde Staten zou bedreigen. Inmiddels is gebleken dat de VS helemaal niet, zoals Bush jr en de zijnen een jaar lang hebben beweerd, over bewijzen beschikken dat Irak inderdaad over dit vermogen beschikt.

            Als basis voor de voorgenomen oorlog formuleerde de Amerikaanse regering een nieuwe strategische doctrine: de VS zou preventief militair kunnen optreden tegen elke staat die wel eens een bedreiging van Amerika zou kunnen vormen. Dit uitgangspunt is volstrekt in strijd met het internationaal recht en met het soevereiniteitsprincipe dat sinds de Vrede van Westfalen (1648) de basis van omgang tussen staten vormt.

            Karakteristiek voor de nieuwe politiek van Washington is dat aanvankelijk geen enkele poging in het werk werd gesteld om een gewapend optreden tegen Irak in het kader van de NAVO te  bespreken, of er anderzins steun voor te werven bij Amerika’s bondgenoten.

            Met veel moeite wist de Britse ministerpresident Tony Blair George Bush jr er in september van te overtuigen dat een actie tegen Irak door de Veiligheidsraad van de VN geaccordeerd zou moeten worden. Dat gebeurde, al lieten Bush en de zijnen keer op keer weten dat als de Veiligheidsraad niet instemde met de Amerikaanse oorlogsplannen, Amerika de Veiligheidsraad zou negeren.

            Blair is een overtuigd en hartstochtelijk verdediger van de huidige internationale rechtsorde. Dat verklaart zijn inspanningen om de VS op het pad van de Veiligheidsraad te brengen, waarbij hij denkt dat de vrijwel ongeclausuleerde Britse steun aan de oorlogsvoorbereiding zijn pleidooi in Washington kracht bijzet. Aangezien de Britse publieke opinie en zijn eigen partij, eigenlijk iedereen in het Verenigd Koninkrijk, vierkant tegen oorlog zijn, heeft hij een enorm risico genomen. Als  Bush jr toch buiten de Veiligheidsraad om een oorlog begint, is Blairs politiek mislukt en zijn positie ophoudbaar geworden.

            Zijn Amerikaanse vrienden helpen hem niet. Minister van Defensie Rumsfeld meldde dat de VS ook wel zonder de Britse troepen oorlog konden voeren, nadat hij eerder Duitsland op één lijn had geplaatst met Libië en Iran. De weg van de Verenigde Naties willen de VS alleen verder begaan, als een nieuwe resolutie hen toestemming geeft de oorlog te beginnen. Daarvoor vereist tenminste negen stemmen vóór, en niemand van de permanente leden mag dan van zijn vetorecht gebruiken maken.

            Bijna wanhopig heeft Blair al verklaard dat de oorlog toch doorgang zou kunnen vinden als er een ‘onredelijk veto’ tegen zou worden uitgesproken. Een onzinnige gedachte. Alsof een regering een meerderheidbeslissing van het parlement als ‘onredelijk’ terzijde kan leggen  als die haar niet uitkomt. Toch verdient Blair groot respect voor zijn dappere pogingen de Verenigde Staten, ondanks de politiek van de regering Bush jr, toch binnen de grenzen van de bestaande wereldorde te houden.

            Dat is een groot verschil met de Nederlandse regering, die al in september ongevraagd instemde met een Amerikaanse preventieve oorlog en nog steeds op het standpunt staat dat deze ook buiten de VN om gevoerd kan worden. Maar dan wel zonder Nederlandse militaire steun, aangezien de levensverzekeringspolissen van  Nederlandse militairen eisen dat daadwerkelijk gewapend  optreden alleen gedekt wordt als dit door de VN is gelegitimeerd. Een nogal prozaïsche herinnering aan artikel 90 van onze Grondwet: ‘De regering bevordert de internationale rechtsorde’. Het demissionaire kabinet Balkenende handelt in strijd met dit artikel van de Grondwet    

Bart Tromp

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Elsevier
Datum verschijning
22-03-2003

« Terug naar het overzicht