De consequenties van Kosovo
EIND GOED, al goed: de operaties van Navo en Rusland in Kosovo vinden nu plaats op basis van een resolutie van de Veiligheidsraad. Aldus is de kwestie Kosovo alsnog in het gareel van de Verenigde Naties gebracht.
Formeel klopt dat. In werkelijkheid heeft Kosovo op pijnlijke wijze de centrale tekorten van de Verenigde Naties blootgelegd. Het zijn geen tekorten die binnen het VN-systeem op zijn te lossen. Zij zullen in de toekomst groter en ernstiger worden. Het eerste tekort volgt uit het feit dat de Verenigde Naties zijn opgezet om conflicten tussen staten te regelen. Daarbij staat de onaantastbaarheid van staten voorop: niemand mag zich bemoeien met wat zij binnen hun grenzen uitspoken, zolang zij maar geen andere staten lastig vallen. De interstatelijke conflicten waarvoor dit systeem ontworpen is, deden zich echter nauwelijks voor. De overval van Irak op Koeweit is een van de weinige voorbeelden die passen in het model waarvoor de VN zijn ontworpen. De meeste conflicten die na 1945 de internationale verhoudingen verstoorden speelden zich af binnen staten en pasten niet in dit model. In de meeste van deze conflicten ging het om de aantasting van de rechten van de mens binnen staten.
Het VN-systeem maakt het niet onmogelijk dat de Verenigde Naties zich daarmee bemoeien. Maar dat moet dan wel via ingewikkelde omwegen. Daarnaast laat deze nieuwe politieke agenda van humanitaire interventie de organisatie van de Verenigde Naties zelf niet onberoerd. In weerwil van de naam is de VN geen organisatie van 'naties' maar van staten.
In de Algemene Vergadering hebben alle lidstaten een stem. Deze onevenwichtigheid vanuit democratisch oogpunt telt in mijn ogen minder zwaar dan het feit dat de lidstaten in meerderheid geen democratieen zijn.
Men kan dit tekort bagatelliseren door erop te wijzen dat de Algemene Vergadering niet veel te vertellen heeft. De politieke besluiten die ertoe doen worden immers genomen door de Veiligheidsraad. Ondanks het feit dat Nederland nu tijdelijk lid is van de Veiligheidsraad, wordt de dienst er nog altijd uitgemaakt door de vijf permanente leden: de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Rusland en de Volksrepubliek China.
Ik heb nooit begrepen waarom er, zeker in Nederland, zo'n eerbied bestaat voor het VN-systeem bestaat, waar dit elke democratische legitimatie mist. Niettemin kunnen de VN-bijdragen aan de bevordering van een internationale orde, en misschien zelfs van een internationale rechtsorde meewereken. Maar wanneer de interne orde van staten in het geding komt, weegt het feit dat de lidstaten in meerderheid geen democratieen zijn. Nog zwaarder weegt dat bij China.
Het VN-systeem werkt voorts alleen maar als de vijf permanente leden zich van hun verantwoordelijkheid als (deels vermeende) grote mogendheden kwijten. Dat wil zeggen dat zij de regulering van conflicten in het algemeen boven kortzichtig eigenbelang stellen.
In de kwestie Kosovo faalde het VN-systeem op beide punten. Toen de Chinese Volksrepubliek weigerde het mandaat van de kleine VN-vredesmacht in Macedonie te verlengen, maakte Peking van zijn positie als permanent lid van de Veiligheidsraad gebruik om een particuliere ruzie met Macedonie (dat Taiwan had erkend) te beslechten. Ook Rusland gedroeg zich niet als een verantwoordelijke grote mogendheid. Net als China steunde het de resoluties die Milosevic de wacht aanzegden over zijn 'etnische zuiveringen' in Kosovo. Aldus accepteerden zij de bevoegdheid van de VN om in te grijpen in de binnenlandse aangelegenheden van staten die de rechten van de mens op vergaande wijze overtreden. Maar zij weigerden daar de consequentie aan te verbinden.
Daardoor legden zij de VN niet alleen lam, maar dreigden zij het VN-systeem als geheel irrelevant te maken. Net zoals de Volkenbond in de jaren dertig ten onder ging, toen deze aan de veroordeling van Italie's agressie tegen Ethiopie geen serieuze consequenties verbond.
Niet de Navo ondermijnde de Verenigde Naties door zonder formele VN-opdracht de aanval op Milosevic te openen; de Navo beriep zich notabene op de resoluties van de Veiligheidsraad, die door Chinese en Russische sabotage dode letters dreigden te worden.
De Russische actie op het vliegveld van Pristina toonde niet alleen aan dat deze staat langzamerhand een operetterepubliek is geworden, waarvan de tafelmajoors het al vanzelfsprekend vinden dat Westerse belastingbetalers opdraaien voor hun heldendaden. Wat China met Macedonie deed, deed Rusland met Kosovo. Het gebruikt de kwestie om over de ruggen van Kosovaren en Serviers de pretentie op te houden dat Moskou er op het wereldtoneel nog steeds toe doet.
Het is een loze pretentie, die er alleen maar aan bijdraagt de aandacht af te leiden van de miserabele binnenlandse politiek van Rusland. De Russen schieten er niets mee op, maar de consequenties van de kwestie Kosovo voor de Verenigde Naties zijn door het Chinese en Russische optreden ronduit rampzalig.
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 23-06-1999