De huursoldaten van Bush junior

Al een klein jaar lang bedreigt de Amerikaanse president zijn zojuist met 100% van de uitgebrachte stemmen herkozen Irakese ambtgenoot Saddam Hoessein. Deze laatste dost zich in allerlei ambtskledij uit, maar zijn almacht in Irak is gebaseerd op het beroep dat hem in zijn huidige positie bracht: dat van moordenaar. In dit opzicht verschillen de beide presidenten van elkaar. Bush jr. mag dan een dubieuze zakenman zijn geweest voor hij de politiek introk, en als gouverneur van Texas  per jaar drie keer zoveel mensen hebben laten executeren als Benito Mussolini in diens twintigjarige termijn als duce,  zelf heeft hij nooit de trekker overgehaald.

            De niet gekozen Amerikaanse president heeft na 11 september 2001 de oorlog verklaard aan het terrorisme, en daarna, in zijn regeringsverklaring  (‘State of the Union’), januari 2002, die oorlogsverklaring ook nog gericht aan Noord Korea, Iran en Irak, de ‘as van het van het kwaad’.

            Vervolgens heeft president Bush zijn pijlen gericht op Irak, dat zich nooit heeft gehouden aan de wapenstilstandsbepalingen na de Golfoorlog (1991). In 1998 kwam er zelfs een eind aan de inspecties van de Verenigde Naties die moesten verzekeren dat Irak niet meer beschikt over de mogelijkheid massavernietigingswapens  (‘weapons of mass destruction’) te produceren en te gebruiken. Dat lag vooral aan de onenigheid tussen de permanente leden van de Veiligheidsraad. Rusland en Frankrijk vonden dat de inspecties voldoende hadden opgeleverd. China hield zijn mond. De VS en het Verenigde Koninkrijk streefden niet naar een hervatting van de inspecties, maar begonnen  op eigen houtje -, zij het met een beroep op VN-mandaat – een luchtoorlog tegen Irak die tot op de dag van vandaag doorgaat.

            In het afgelopen jaar is de Amerikaanse regering steeds dreigender taal gaan uitslaan tegen Bagdad. Het bestaande regime moest weg, het bedreigde de wereldvrede met zijn toch weer stiekem ontwikkelde massavernietigingswapens.

            Uiteindelijk besloot Washington niet op eigen houtje een militaire actie tegen Irak te beginnen, maar de kaart van de Verenigde Naties te spelen. Dat was een verstandige beslissing, want anders waren de Verenigde Naties tot dezelfde onbeduidendheid gereduceerd als zijn voorganger, de Volkenbond, in het interbellum.   

            De Veiligheidsraad nam een nieuwe resolutie aan, die Irak dwong tot rapportage over onderzoek en productie van massavernietigingswapens, evenals tot het toelaten van wapeninspecteurs met verdergaande bevoegdheden dan die van vóór 1998.

            Irak ging akkoord en overhandigde op de afgesproken datum, 8 december 13000 pagina’s aan documenten als rapportage. Daarover zijn ze in Washington nu razend en senatoren van beide partijen hebben al verklaard dat deze documentatie niets anders kan zijn dan een ‘pack of lies’. De Amerikaanse regering trekt ook al openlijk de kwaliteit en doortastendheid van de VN-wapeninspecteurs in twijfel, zonder daarvoor geloofwaardige argumenten aan te voeren. De oorlogspartij in Washington heeft zich duidelijk niet gerealiseerd dat een afgedwongen rapportage van Bagdad en serieuze wapeninspecties niet kwesties van dagen, maar van maanden zijn.

            Geen wonder. Saddam Hoessein is een schurk en een moordenaar. Maar gek is hij niet, terwijl de strategische ideeën van de regering Bush jr er nu juist op zijn gebaseerd dat de nieuwe vijand dat wel is, zodat afschrikking niet werkt. De Amerikaanse inlichtingendiensten zijn er echter, evenmin als die van bondgenoten als Groot Brittannië, in geslaagd zelfs maar aannemelijk te maken dat Saddam Hoessein over massavernietigingswapens beschikt. Laat staan over de middelen om ze wereldwijd te gebruiken, zoals de these van Washington luidt.

Er is geen enkele aanwijzing dat Bagdad over de mogelijkheid beschikt om een atoombom te construeren en dan nog heeft het niet de capaciteit zo’n bom per raket af te vuren op een nabije staat als Israël. Voor chemische en biologische wapens vallen overeenkomstige conclusies te trekken. Op zijn best (of ergst) is het Irak van de inmiddels bejaarde Saddam Hoessein een bedreiging voor zijn buren. De obsessie van de Bush jr.  met de tiran te Bagdad leidt alleen maar af van wat diezelfde regering te Washington ziet als ‘de oorlog tegen het terrorisme’. Ondanks de kunstmatige pogingen daartoe is er nog altijd geen sprake van dat er een verband kan worden gelegd tussen het fundamentalistische Al Quaida-netwerk van Osama bin Laden en het seculiere regime van Saddam Hoessein.

            In deze situatie is het verbijsterend dat de Nederlandse regering zich heeft gecommitteerd aan een eventuele Amerikaanse oorlog tegen Irak. Verbijsterend, omdat de regering demissionair is. Premier Balkenende is te benauwd om falende ministers als Nawijn eruit te schoppen. Maar hij is wel bereid onze krijgsmacht zonder politieke en volkenrechtelijke voorwaarden ter beschikking te stellen van Washington, alsof het een Amerikaans vreemdelingenlegioen is. 

Bart Tromp

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Het Parool
Datum verschijning
12-12-2002

« Terug naar het overzicht