De jongen van de overkant

Diplomaten worden geacht niet naar voren te brengen wat zij werkelijk menen en in het diplomatieke verkeer en emoties, of het nu geestdrift is of woede, in te houden. 'Surtout, Messieurs, point de zèle', maande Talleyrand zijn diplomaten, 'Boven alles, heren, geen enkel geijver'.

Van een oud-beroepsdiplomaat valt te verwachten dat hij deze deugden ook na zijn pensionering aan de dag legt, maar daarvan is bij Maarten Mourik niets te merken. Begin dit jaar deed hij aangifte bij het College van Procureurs-generaal 'van foltering en misdrijven begaan door de leden van de regering van Argentinië tussen 1976 en 1983. In het bijzonder is de aangifte gericht tegen Jorge Zorreguieta, van 1976 tot 1981 lid van de regering.' Ver daarvoor al was hij in de openbaarheid getreden met een artikel in De Volkskrant, dat eerst geweigerd was door NRC/Handelsblad. Daarin stelde hij dat de vader van Máxima Zorreguieta - toen nog slechts 'bevriend' met de kroonprins - als lid van de Argentijnse regering in de periode van de dictatuur weet had van de misdaden van deze regering en daarom medeplichtig was aan, en mede verantwoordelijk voor deze misdaden. Was het acceptabel dat de gemalin van onze toekomstige koning de dochter was van een man die voor een internationaal tribunaal zou moeten verschijnen op beschuldiging van medeplichtigheid aan massale marteling, verkrachting en moord? 'De vraag stellen is hem beantwoorden.'

Nu was Mourik ook als diplomaat iemand die bereid was om de zaken scherper te stellen dan in dit métier gebruikelijk. Als permanent vertegenwoordiger bij de UNESCO nam hij als één van de weinigen duidelijk stelling tegen het wan- en schrikbewind van de toenmalige directeur-generaal Amadou Mahtar M'Bow, die in zijn tweede ambtsperiode, begin jaren tachtig, deze internationale organisatie vastbesloten naar de ondergang leidde. Na zijn pensionering begon hij een campagne voor een Europees Cultureel Handvest, waarin de identiteit van culturele gemeenschappen in Europa, nationaal, maar ook regionaal, erkend en beschermd wordt. Het leverde hem onder andere het lidmaatschap van de Fryske Akademy op.

Aan zulke inspanningen zal de algemeen secretaris van hare majesteit hebben gedacht, toen hij Mourik, in antwoord op diens brief, aan de koningin schreef zich te verbazen waarom Mourik zijn talenten niet inzette voor de vele andere en dringender problemen in de wereld, dan tegen vader Zorreguieta.

Maar Mourik vindt het onaanvaardbaar dat het koninklijk huis bezoedeld raakt doordat het gelieerd raakt met een familie waarvan het hoofd medeplichtig is aan misdaden tegen de menselijkheid.

Over zijn actie en zijn beweegredenen geeft hij opening van zaken in het zojuist verschenen Dubbelgevecht (Schoorl, Uitgeverij Conserve). Dubbelgevecht, want de inmiddels tachtigjarige werd begin dit jaar door een lichte beroerte getroffen; hij beschrijft ook het moeizame en pijnlijke proces van herstel.

Zijn actie is nagenoeg mislukt, voorzover het erom ging een huwelijk tussen Willem Alexander als kroonprins, en een lid van de familie Zorreguieta te voorkomen. Zoals alle grote politieke beslissingen onder paars, ik noem alleen maar de uitbreiding van de NAVO of de deelname aan de oorlog om Kosovo, was deze eerst lange tijd helemaal niet aan de orde en toen plotseling een gepasseerd station. Het verbaast dan ook niet dat Mourik van Wim Kok zelfs geen bevestiging van ontvangst kreeg van de door hem opgestuurde bevindingen over de strafrechtelijke aansprakelijkheid van Jorge Zorreguieta. (Van de koningin, hier regelmatig 'Beaconstrictor' - een vondst van Paul de Leeuw - genoemd, wel.)

Mourik tekent op dat hij om een andere reden een gesprek met Kok had gewaardeerd. 'Ik zou namelijk mezelf gepresenteerd hebben als "een jongen van de overkant" (van de Lek) die als gymnasiast op weg naar Gouda zes jaar lang elke schooldag twee keer langs de timmerfabriek van zijn vader was gefietst, gelopen of gereden. Kok laat zich graag de betiteling "zoon van een timmerman" aanleunen, maar de fabriek van pa was echt niet zo klein.'

Men hoeft het niet met het standpunt van Mourik eens te zijn om er zich toch aan te ergeren dat de kwestie die hij aan de orde stelt in de Tweede Kamer niet tot een werkelijk debat heeft geleid, zeker nadat het op verzoek van de regering geschreven rapport-Baud bevestigde dat Zorreguieta moet hebben geweten wat onder verantwoordelijkheid van zijn regering gebeurde.

Het weghouden van de vader bij het huwelijk van de dochter is alleen schijnbaar een oplossing. Zijn mogelijke aanwezigheid bij elke volgende officiële manifestatie zal steeds opnieuw tot controverses leiden, terwijl gedurig nieuwe details uit Argentinië binnen zullen blijven druppelen.

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Het Parool
Datum verschijning
02-06-2001

« Terug naar het overzicht