Deel Irak nu maar in drieen

 

 Het plan voor de oorlog tegen Irak werd in november 2001 opgesteld door een werkgroep van het American Enterprise Institute (AEI). Op verzoek van onderminister van Defensie (toen nog) Paul Wolfowitz, was deze ingesteld door de directeur van het AEI, de voornaamste neoconservatieve denktank in Washington. Op basis van dit memorandum van zeven pagina's vielen de Verenigde Staten anderhalf jaar later Irak aan.

 De snelle overwinning die de neoconservatieve denkers hadden voorspeld, bleef uit. Ook de andere voorspellingen kwamen niet uit. De Irakezen bestrooiden hun bevrijders niet met bloemen. In plaats van democratie met een voorbeeldwerking op de rest van het Midden-Oosten werd Irak de voornaamste broedplaats van islamitisch terrorisme en het toneel van een bloedige burgeroorlog.

 De aanwezigheid van zo'n 140.000 man Amerikaanse troepen heeft dat niet kunnen voorkomen. Integendeel, dat is juist de factor geweest die het terrorisme heeft bevorderd. In de afgelopen jaren is de situatie in Irak steeds verder verslechterd. Uitzicht op een 'overwinning' is er allang niet meer. Gaandeweg hebben de Amerikaanse burgers het vertrouwen in een goede afloop verloren.

 Na de zware nederlaag van de Republikeinen bij de verkiezingen in november, een nederlaag die geheel te danken is aan de oorlog in Irak, leek het onmogelijk dat president George W. Bush gewoon zou doorgaan op de weg die naar dit drijfzand heeft geleid. Een alternatief werd hem op een presenteerblaadje aangeboden door de Irak Studie Groep, onder leiding van de Republikein James Baker III en de Democraat Lee Hamilton.

 Maar in plaats daarvan ging de president opnieuw te rade bij de neoconservatieven van het AEI, wier lichtzinnige advies hem tot de oorlog had aangespoord. Het nieuwe advies, Choosing Victory: A Plan for Success in Iraq, is opgesteld door de krijgshistoricus Frederick Kagan en generaal buiten dienst Jack Keane. Geen van beiden beschikt over enige deskundigheid met betrekking tot het Midden-Oosten en Irak. Maar dat is niet opmerkelijk voor de kringen die in Washington de oorlog plannen en uitvoeren. Bush wist niet eens dat er soennieten en sjiieten bestonden toen hij aan zijn oorlog begon.

 Choosing Victory ademt dan ook een onwerkelijke lucht uit. Het doet denken aan de abstracte strategieen van de Oostenrijkse generaals die Tolstoj belachelijk maakt in Oorlog en Vrede.

 Volgens dit plan gaan Iraakse en Amerikaanse troepen samen doodseskaders en sektarische milities in Bagdad uitschakelen. Vervolgens blijven de Amerikanen, om ervoor te zorgen dat de opstandelingen niet terug kunnen keren, in plaats van zich terug te trekken in de kolossale legerbases rond de stad.

 Het plan heeft geen enkele relatie met de realiteit. Na vier jaar is er geen Iraaks leger waarvan de eenheden tot zelfstandig optreden in staat zijn. In operaties samen met Amerikaanse troepen zijn ze op hun best niet effectief en op hun slechtst onbetrouwbaar.

 De gedachte om Iraakse bataljons te versterken door er Amerikaanse soldaten aan toe te voegen, getuigt van grove onkunde. Het wantrouwen tussen Amerikaanse en Iraakse soldaten is te groot om te kunnen samenwerken. Bij gezamenlijke patrouilles laten de Amerikanen de Irakezen vooroplopen. In te veel gevallen zijn ze door hun bondgenoten in de rug geschoten.

 De Iraakse regering staat niet boven de strijdende partijen, maar maakt er deel van uit. Helemaal in het begin had een grote stabilisatiemacht, die verstandig optrad, nog iets kunnen bewerkstelligen. Maar zoals generaal David Petraeus, die nu de troepen moet leiden, vier jaar geleden zei: het moment dat je als bevrijders wordt gezien, gaat snel voorbij. Voor je het weet ben je bezetter geworden.

 Rob Timmins heeft zijn wijsheid niet opgedaan achter een bureau bij het AEI. Hij vocht in Irak en is nu directeur van de vereniging van veteranen. Dagelijks spreekt hij met soldaten die terugkeren. Zijn diagnose: 'Wij hebben het land kapotgemaakt, maar we kunnen het niet meer repareren.'

 Wat zich nu in Bagdad voordoet, is een geleidelijke 'etnische zuivering'. Wijk voor wijk worden soennieten en christenen verjaagd door sjiitische terroristen. De minst slechte uitkomst is zo snel mogelijk tot een formele driedeling te komen van Irak in een Koerdisch, een soennitisch en een sjiitisch deel, voor de burgeroorlog interventie uit andere landen in het Midden-Oosten uitlokt.

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
Elsevier
Datum verschijning
03-02-2007

« Terug naar het overzicht