Fatsoen moest je toch doen?
De regeringsverklaring werd niet de bekroning van één van de kortste formaties van een nieuw kabinet. Dat de oppositie zich schamper opstelde was te verwachten geweest. Daartoe verschaften de tamelijk pompeuze bewoordingen waarmee de nieuwe regering zich presenteerde dan ook munitie van klein en groot kaliber. Het ‘kabinet Bentley I’ (Jan Marijnissen) was zo een gemakkelijke schietschijf.
Toch was voor Balkenende en zijn ploeg het optreden van VVD-fractieleider Zalm veel pijnlijker dan dat van de oppositie. Zalm kwalificeerde de grote woorden in de regeringsverklaring als ’tegeltjeswijsheden’. Alleen de harde financiële afspraken uit het ‘strategisch akkoord’ tellen voor hem en zijn fractie; de VVD zou het kabinet verder louter en alleen op zijn prestaties beoordelen. Deze openbare belijdenis tot dualisme moet de nieuwe premier koud op het lijf zijn gevallen. Weliswaar zou de ‘nieuwe politiek’na paars meer dualistisch zijn, maar ernstig bedoeld was deze belofte niet, zoals de LPF ten overvloede in dit kamerdebat demonstreerde. Fractieleider Herben feliciteerde het nieuwe kabinet en hield verder zijn mond.
De VVD heeft programmatisch, zoals Zalm triomfalistisch becijferde, het meeste binnengehaald in het regeerakkoord, maar neemt tegelijk afstand van het kabinet. En kan dat doen, omdat haar politieke leider in de Tweede Kamer zit. Ik vermoed dat Jan Peter Balkenende na het debat over de regeringsverklaring pas goed heeft beseft dat hij een zeer groot risico heeft genomen, persoonlijk zowel als voor het CDA, door premier te worden, in strijd met de CDA-wijsheid dat een politiek leider beter in de Kamer kan zitten. Dat geldt zeker voor een coalitie die zo raar is samengesteld.
Zo was één van de klachten van Pim Fortuyn (ex CPN, ex-PvdA, ex-VVD, ex CDA) dat je in Nederland politiek en bestuurlijk alleen maar kans maakt op basis van het lidmaatschap van een politieke partij. Dat moest anders! Maar de bewindslieden die door de LPF pas na de verkiezingen zijn gevonden, waren vrijwel allemaal leden van het CDA, de PvdA en de VVD, die pas na tot bewindspersoon te zijn verheven, tot de LPF zijn toetgetreden. LPF-minister De Boer blijft zelfs lid van de VVD. De overige LPF-bewindslieden zijn buurlieden van vice-fractievoorzitter Ferry Hoogendijk uit Het Gooi, daargelaten een ex-aanhangster van Bouterse.
Deze laatste moest zeven uur na haar installatie alweer opstappen, wat de nieuwe premier voorstelde als een staaltje van daadkracht en besluitvaardigheid. De affaire demonstreerde vooral zijn slordige haast, en het feit dat LPF en CDA doof en blind waren geweest voor wat binnen de Surinaamse gemeenschap in Nederland al dagenlang onderwerp van discussie was.
Het zwakst toonde de nieuwe premier zich echter in de kwestie Bomhoff. Deze PvdA-overloper had al vóór zijn benoeming aangekondigd directeur-generaal Van Lieshout op het departement van VWS te gaan ontslaan. Balkenende heeft hem daar niet vanaf kunnen brengen. Bomhoff deed het toch, om vervolgens publiekelijk op zijn nummer te worden gezet door VVD-collega van Binnenlandse Zaken, Remkes: ambtenaren op dit niveau maken deel uit van de algemene bestuursdienst, die onder zijn verantwoordelijkheid valt.
Het schijnt dat Bomhoff wraak wilde nemen op Van Lieshout, omdat deze een onderzoeksopdracht niet aan Bomhoffs instituut Nyfer had gegund (wat overigens niet het geval was). Daarnaast kreeg Van Lieshout te horen dat hij twee jaar geleden op een congres de krant had zitten lezen en tenslotte waren er de plannen voor zorgverbetering waar Van Lieshout onder de vorige minister aan werkte, geheel in overeenstemming met wat Bomhoff betoogde, vóór hij na de verkiezingen het licht zag en op zijn knieën het daarmee volstrekt in strijd zijnde ‘gedachtegoed ’van ‘onze overleden leider’ ging bejubelen.
Uiteraard is geen van deze redenen een grond voor ontslag. Wij hebben hier te maken met een combinatie van arrogantie en onkunde bij iemand met wie ik nu wel heel lang geleden ten strijde trok tegen machtsmisbruik en regentendom aan de universiteit. Ik ben dan ook benieuwd wat voor opvatting van ‘fatsoen, dat moet je doen’ een nieuwbakken minister ertoe brengt een naar ieders mening voortreffelijk functionerend topambtenaar op basis van willekeur te ontslaan.
Premier Balkenende heeft Bomhoff niet tot de orde geroepen, zelfs ontkend dat er van een ontslagaanvrage voor Van Lieshout sprake is geweest. Het was Gerrit Zalm die eraan te pas moest komen om in alle duidelijkheid te stellen dat dit eens maar nooit weer was.
Van Lieshout wordt niet ontslagen, maar naar een ander departement overgeplaatst. Daarmee is een gevaarlijk precedent geschapen, want de enige reden voor deze overplaatsing is de rel die Bomhoff heeft geschopt. Zo begint dit kabinet zwak en stijlloos.
Bart Tromp
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 01-08-2002