Het recht zich gekwetst te voelen
Het recht zich gekwetst te voelen
Moslims verschijnen als bebaard en achterlijk, woeste schapen die achter schreeuwende imams aansjokken. in één klap is het westerse beeld van de moslimwereld in overeenstemming gebracht met traditionele karikaturen.
Wat is het fijn dat iedereen (behalve de Amerikaanse regering) in dit geval voor de vrijheid van meningsuiting is, van oud-minister Hans van den Broek tot en met premier Balkenende! Na een ferm woord van deze strekking volgt echter vrijwel steeds een ‘ maar’. De vrijheid van meningsuiting mag niet worden gebruikt om anderen te kwetsen. Begrip is op zijn plaats voor de gekwetsten, ook al past krachtige afkeuring het gooi- en smijtwerk waarmee zij daaraan – vooralsnog in verre landen – uiting geven.
Dit is zowel moreel als politiek een foute reactie. Aldus wordt een recht op gekwetst zijn in het leven geroepen, dat nergens op gebaseerd is. De lezer weet dat een spotprent in de krant een andere context kent en betekenis heeft dan een hoofdredactioneel commentaar, zoals grollen van cabaretiers in een schouwburg niet daarbuiten als politieke uitspraken kunnen worden verstaan. Aan deze context gaan de begripvollen volledig voorbij. Een abonnement op Jyllands-Posten is in Denemarken niet verplicht. Niemand die dat niet wilde, hoefde kennis te nemen van de gewraakte spotprenten. Het ligt hier andersom, zoals het ooit in een prent van Peter van Straaten heette: ‘ Mien, kom gauw kijken, het is weer kwetsend.’
Ahmed Abu Laban, een imam met dubieuze connecties, organiseerde een protest in Kopenhagen. Dit leidde tot een aanklacht wegens blasfemie en rassendiscriminatie van elf Deense moslimorganisaties, die uiteindelijk door het openbaar ministerie niet ontvankelijk werd verklaard. Maar ver daarvóór organiseerde Abu Laban al een comité dat naar het Midden-Oosten toog om daar op te roepen tot acties tegen de krant en Denemarken.
De resultaten liegen er niet om. Wie had ooit kunnen denken dat de Nederlandse steun aan de
‘ wederopbouw’ in Afghanistan zou inhouden dat een F-16 zijn boordkanon afvuurt om ‘ woedende’
Afghanen van het maltraiteren van Noorse vredessoldaten te weerhouden?
Wat deed Europa? De Europese Commissie maakte vorige week bekend overleg te willen plegen over een gedragscode voor journalisten en de Eurocommissaris voor Justitie liet weten publicatie van de spotprenten ‘ onvoorzichtig’ te vinden. Dit alles getuigt noch van moed, noch van oordeelsvermogen.
Maar ook de Europese regeringen hebben het laten afweten. Er is een gemeenschappelijke verklaring gekomen waarin de aanvallen op Deense diplomatieke vertegenwoordigingen zijn afgekeurd. Dat is alles. Mij dunkt dat dit een uitgelezen aanleiding was geweest om tot een gemeenschappelijke buitenlandse politiek te komen. Daarin was plaats geweest voor solidariteit met Denemarken, voor het aanklagen bij de Wereldhandelsorganisatie van landen die een economische boycot tegen Deense producten hebben afgekondigd of aanmoedigen en van diplomatieke stappen tegen landen die het in brand steken van consulaten en ambassades niet hebben tegengehouden.
In plaats daarvan hoorde ik op de radio een Nederlandse handelsbevorderaar pleiten voor stilte, zodat ‘ wij’ het marktaandeel van Denemarken in het Midden-Oosten kunnen overnemen.
Een paar jaar geleden kon de grootst mogelijke meerderheid van de regeringsleiders in de EU letterlijk in een achternamiddag tot een gemeenschappelijke actie tegen Oostenrijk besluiten. Dat toont aan dat de EU wel degelijk tot slagvaardigheid in staat is, al was die actie zowel ondoordacht als tot mislukken gedoemd. Maar nu gebeurt er niets. Europa als ‘ waardengemeenschap’ laat zich van zijn slechtste kant zien.
Intussen maken de relletjes in moslimlanden allerminst een spontane indruk. In de meeste van deze autoritair geregeerde staten zijn spontane demonstraties toch al ondenkbaar. Uit het feit dat de regeringen van verscheidene van deze landen tot acties tegen Denemarken hebben besloten, laat zich verder afleiden dat bewust de confrontatie is gezocht.
De aanstichters van dit alles hebben een zware verantwoordelijkheid op zich geladen. In één klap hebben zij het westerse beeld van de moslimwereld in overeenstemming gebracht met traditionele karikaturen. Moslims verschijnen daar als bebaard en achterlijk, onmiddellijk bereid een woedende menigte te vormen naar aanleiding van boeken en kranten die ze zelf niet hebben gelezen en ook niet kunnen lezen, als woeste schapen achter schreeuwende imams aansjokkend, bereid elk kwaadwillig gerucht voor waar te houden, niet in staat onderscheid te maken tussen specifieke mensen en de staat waarvan ze burger zijn, gespeend van elke zelfkritiek en elk relativeringsvermogen, en de eigen waarheid voor de enig mogelijke houdend.
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 09-02-2006