Het socialisme van Wouter Bos


De rechtsgeleerde Afshin Ellian, Nederlander van Iraanse afkomst, neemt regelmatig deel aan het publieke debat, waarbij hij onveranderlijk de principes van de rechtsstaat verdedigt tegen degenen die daarop voor hun eigen, meestal niet-westerse en islamitische groep een uitzondering eisen, merkwaardig genoeg met een beroep op diezelfde rechtsstaat. Als geharnast verdediger van democratie en rechtsstaat geniet hij mijn waardering. Maar helaas beweegt hij zich tegenwoordig als columnist (van NRC/Handelsblad) op gebieden waar zijn kennis van zaken en oordeelsvermogen omgekeerd evenredig zijn met de schrille toon waarop hij grote woorden bezigt.

Zijn doelwit is de verzorgingsstaat en de Partij van de Arbeid. Als zoveel rechtse niksweters meent hij dat de eerste een schepping is van sociaal-democraten, of liever gezegd van socialisten, die hij vervolgens verantwoordelijk stelt voor de Goelag Archipel, ‘de socialistische holocaust’. 

De Goelag Archipel is de naam die Alexander Solzhenitsyn gaf aan het systeem van concentratie- en vernietigingskampen in de Sovjet-Unie onder Stalin en diens eerste opvolgers. In de beste traditie van het McCarthyisme is er voor Ellian echter geen verschil tussen communisten en sociaal-democraten, tussen Stalin en Drees. 

In zijn ijver het socialisme aan de schandpaal te nagelen gaat niets hem te ver. Logisch redeneren, historische feiten, consistentie – dat alles levert onze columnist graag in voor ideologische prietpraat. Zo rekent hij het de socialistische beweging honend aan dat ze oorspronkelijk (mijn cursivering) geen bijzonder aandacht opbracht voor huidige doelstellingen (idem) als vrouwenemancipatie. Dat zou op zichzelf al een bizar verwijt zijn geweest – ware het niet dat Ellian er feitelijk ook nog helemaal naast zit. In het eerste programma van de eerste socialistische partij in Nederland, de Sociaal-Democratische Bond, dat in 1882 werd vastgesteld, treft men de eis van vrouwenkiesrecht en gelijkberechtiging van vrouwen aan – ver vóór liberale en confessionele partijen daar zelfs maar over durfden denken. 

Al dit atonale geraas en getier is echter niet meer dan een opmaat voor een aanval op PvdA-fractieleider Wouter Bos, waarvan Ellian zelf waarschijnlijk meent dat deze ‘frontaal’ is. Dit naar aanleiding van een artikel van Bos in De Volkskrant, waarin Bos (eindelijk!) een aantal gedachten formuleerde over hoe de verzorgingsstaat in de toekomst behouden kan blijven, zonder te vervallen tot een armoedestelsel. Hij stak daarbij voor het eerst zijn nek uit, met een pleidooi voor het behoud van een ‘brede’ verzorgingsstaat, een verzorgingsstaat waarmee iedereen zich verbonden weet, omdat iedereen, rijk en arm er profijt van heeft. Want iedereen loopt de risico’s van ziekte, werkloosheid en ouderdom, en de verzorgingsstaat is in de kern niets anders dan een regeling om zulke risico’s voor de hele bevolking af te dekken. De Algemene Ouderdomswet (AOW) vormt nog steeds het beste voorbeeld van zo’n universele vorm van risicoderving: iedereen betaalt een premie, die weliswaar inkomensafhankelijk is maar toch een betrekkelijk laag maximum kent. Daar staat tegenover dat iedereen vanaf zijn 65e een gelijke uitkering ontvangt.

Dit pleidooi van Bos is in principe een radicale wijziging ten opzichte van het ‘Derde Weg’-denken waarmee de PvdA in de afgelopen jaren flirtte. Daarin werd de verzorgingsstaat in beginsel overbodig verklaard door de kop in het zand te steken voor algemene risico’s of ze uit te besteden aan ‘de markt’ – die er voortdurend op uit zal zijn degenen die het meest op zo’n verzekering zijn aangewezen uit te sluiten.

Maar Bos wees er ook op dat een hedendaagse universele verzorgingsstaat alleen maar valt te handhaven als de arrangementen ervan mensen ruimte geven om zelf te kiezen wat ze willen sparen en op welke wijze ze zich voor wat willen verzekeren. 

En tenslotte nam hij duidelijk positie in de vraag hoe zo’n brede verzorgingsstaat te combineren valt met een permanente toestroom van immigranten die nooit premie of belasting hebben betaald, maar al wel meteen aanspraak op voorzieningen maken. Hij pleitte ervoor dat mensen die uit vrije wil naar Nederland emigreren, pas na een zekere periode en een arbeidsverleden volledig aanspraak op de voorzieningen van de verzorgingsstaat kunnen maken.

Stuk voor stuk, zo zou ik zeggen, antwoorden op Ellians vraag wat Wouter Bos wil doen aan de ‘crisis van de sociaal-democratie en haar verzorgingsstaat’. (Ellian weet nog steeds niet dat de verzorgingsstaat in Nederland is opgebouwd is door confessionelen, socialisten en liberalen.) 
Maar in plaats van in te gaan op de denkbeelden van Bos, krijste hij met overslaande stem over ‘de ondraaglijke leegte van Wouter Bos’, omdat deze op maandag thuis wil werken vanwege zijn eerste kind in aankomst. Zo brengt de NRC-columnist het politieke debat terug op het SBS6-niveau dat sinds de opkomst van Fortuijn politiek correct is geworden. 

Bart Tromp

Auteur
Bart Tromp
Verschenen in
De Gelderlander
Datum verschijning
16-12-2003

« Terug naar het overzicht