Lijsttrekker van Nederland
DE TERUGBLIK van Jan Nagel op zijn (omroep)politieke leven, Boven het Maaiveld (Soesterberg, Aspekt), liet zich grotendeels overeenkomstig mijn verwachtingen lezen. Die verwachtingen zijn gebaseerd op de tijd dat ik regelmatig met hem samenwerkte. Eerst als redacteur van het Vara-studentenprogramma Uilenspiegel, samen met Rogier Proper en Jan Lenferink; later toen Jan mij vroeg met hem het nieuwe blad van de jongerenorganisatie van de Partij van de Arbeid te redigeren, dat De Kapitalist ging heten.
Zo leerde ik hem kennen als een vrolijke en nietsontziende snelschaker - ook als er niet geschaakt werd; altijd uit op een scoop in het nieuws, desnoods zelf gefabriceerd. (Tijdens de formatie van wat toen nog het tweede kabinet-Den Uyl heette, najaar 1977, zond Nagel rechtstreeks een toespraak uit die Jaap Burger, de formateur van het eerste kabinet-Den Uyl, in een sociaal-democratisch bejaardencentrum hield. In werkelijkheid ging het om een opname bij Burger thuis.)
In die tijd legde Nagel een niet aflatende ijver aan de dag om Joop den Uyl een hak te zetten, liefst een hele grote. Vreemd genoeg bericht hij daarover niets in deze memoires. Tegenwoordig ontkent hij desnoods schriftelijk dat hij achter de fameuze motie-Reckman zat. Die motie werd op de partijraad van 25 oktober 1977 aangenomen, nadat formateur Den Uyl en fractievoorzitter Van Thijn het eindresultaat van de formatie hadden toegelicht.
Volgens de motie was dit resultaat onaanvaardbaar, omdat de PvdA op een ministerszetel extra recht had. Ik behoorde tot de leden die tegen stemden, hoewel ik in de pauze nog door Jan Nagel was bewerkt. 'Bart, je begrijpt toch wel dat Joop en Ed alleen maar doen alsof ze tegen zijn. Ze moeten van ons een steuntje in de rug krijgen!' Dit 'steuntje in de rug' maakte de vorming van een tweede kabinet-Den Uyl onmogelijk.
Maar hierover en over het hele kabinet-Den Uyl vrijwel geen woord. Dat is het vreemde aan dit boek: het zijn voornamelijk herinneringen aan politiek en omroeppolitiek. Maar je komt over de inhoud van die politiek vrijwel niets te weten. Zo maakte Jan Nagel jarenlang deel uit van de Senaat. De memoires blijven bij een wapenfeit: hij heeft er aan de kaak gesteld dat de Nederlandse krijgsmacht verhoudingsgewijs te veel generaals telt. Dit punt keert twintig jaar later terug in het verder weinig specifieke ontwerp-verkiezingsprogramma van Nagels nieuwe partij Leefbaar Nederland.
Dat deze memoires de vorm hebben gekregen van 57 partijtjes tromgeroffel met een paukenslag tot slot, verbaast mij niet. Wel dat de voorliefde voor het anekdotische zo weinig oplevert en ook tekortschiet om een hedendaagse lezer een goed beeld te geven van wat er toen speelde.
Een onthulling in dit boek is bijvoorbeeld het verhaal dat de toenmalige secretaris Buitenland van de PvdA, Harry van den Bergh, in 1975 tenminste vier keer naar Portugal is gereisd met een koffer vol geld, bestemd voor de Portugese Socialistische Partij.
Nagel besteedt ruime aandacht aan zijn eigen huzarenstuk om in het kader van de actie 'Houd Portugal Vrij' de legendarische wedstrijd van 1965 tussen Feyenoord en Benfica te vieren met een op televisie uitgezonden revanche.
Maar alle relevante informatie over de eigenlijke zaak ontbreekt. Bijvoorbeeld dat na de Anjerrevolutie (1974) de 'Beweging van de strijdkrachten' en de Communistische Partij er alles aan deden om verkiezingen alsmaar uit te stellen. Dat die Communistische Partij maandelijks in het geheim tachtig miljoen dollar uit de Sovjet-Unie kreeg. Dat verschillende leidinggevende officieren in de Beweging van de strijdkrachten, zoals premier Vasco Goncalves, stiekem lid van de Communistische Partij waren. En dat in de PvdA toentertijd een sterke en luidruchtige stroming bestond die steun aan de (anti-communistische) zusterpartij in Portugal afwees omdat aandringen op parlementaire verkiezingen als 'rechts' werd gezien.
Zelfs waar dat geld van Harry van den Bergh vandaan kwam blijft onduidelijk ('internationaal socialistische bron'). Het internationalisme van socialisten heeft na 1914 nooit veel voorgesteld; dat het over kapitaal zou beschikken, overtreft het stoutste optimisme. (Ik denk dat het van de SPD kwam.)
Het is er een voorbeeld van hoe Jan Nagel de kans mist om langs anekdotische weg iets zinnigs over politiek te vertellen. Dat is omineus, want deze terugblik ontleent zijn belang natuurlijk aan het heden. Nagel richtte Leefbaar Hilversum op en is sinds kort voor die partij wethouder. Bij de presentatie van zijn boek schoof hij Pim Fortuyn naar voren als beoogd lijsttrekker van Leefbaar Nederland. Tot Fortuyn drong dit niet helemaal door. In zijn dankwoord betitelde hij zichzelf als 'lijsttrekker van Nederland'.
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 01-11-2001