Markt, spoor en straaljagers
Op weg naar de Nederlandse première van Richard Strauss' Daphne (1938) in wat voor mij nog altijd de VARA-Matinee in het Concertgebouw is.
Wij nemen de trein van 12.39 van Den Haag CS. Overstappen in Leiden. Daar weerklinkt dat de trein naar Amsterdam tien minuten vertraagd is. Vervolgens het bericht dat deze niet van perron 6a, maar van 6b zal vertrekken. Eenmaal daar gearriveerd deelt dezelfde omroepster onaangedaan mee dat de intercity van 6a zal vertrekken. Inderdaad legt daar een intercity aan. Tegelijkertijd krijgen wij te horen dat vertraagde trein toch van 6b vertrekt. Daar loopt dan een overeenkomstige trein binnen. Verschil maakt het niet. Beide treinen arriveren op Schiphol als de trein richting WTC van 13.27 al vertrokken is. Die van 13.40 komt minuten te laat aan en gaat dus ook te laat weg. De opera is al begonnen als wij in het Concertgebouw aankomen. Het als altijd buitengewoon behulpzame personeel maakt veel goed.
Terugreis: de trein van 15.58 van WTC naar Schiphol met de aankondiging dat reizigers naar Den Haag CS in Schiphol over kunnen stappen. Inderdaad staat de intercity naar Den Haag CS aan de overkant van het perron gereed als wij daar aankomen. Als de trein is gestopt, is echter alleen de voorste deur nog open. Vier mannen en vrouwen in NS-uniform beletten ons in te stappen. De deur gaat dicht en de trein vertrekt, wellicht op tijd. Het NS-personeel druipt af, na deze inspanning om recht te zetten dat het onder een vorige directie opzettelijk vertragingen organiseerde.
De daaropvolgende trein naar Den Haag HS/Vlissingen zet ons af in Leiden. Daar ontbreekt de stoptrein naar Den Haag CS en enige opheldering daarover blijft achterwege. Pas als na een lang oponthoud de trein is vertrokken, meldt een omroepster dat de stoptrein naar Den Haag CS twintig minuten is vertraagd. Op het winderige perron wachten wij twintig minuten, niet op de stoptrein, (ook niet op de trein van 16.48 die tien minutente laat zou kunnen zijn) maarr op de sneltrein van 16.51 naar Den Haag CS. Die arriveert op tijd. Maar blijft vervolgens zonder enige uitleg ruim tien minuten stil staan alvorens naar zijn eindbestemming te vertrekken.
Zo'n avontuur met de Nederlandse Spoorwegen is niets bijzonders. Het is al tijdenlang de min of meer normale gang van zaken sinds het bedrijf op last van minister Jorritsma is 'verzelfstandigd'. Ik ontleende bij deze expeditie dan ook veel troost aan een artikel dat kort tevoren onder haar naam in De Volkskrant (15 februari) verscheen. Daarin stak deze bewindsvrouw de loftrompet op 'de markt'. Wie, zo vroeg zij zich af, zou er nog terug willen naar een situatie dat er tussen de grote steden in de Randstad maar twee treinen per uur reden?
Volgens mij moet je dan terug gaan tot de tijd dat er nog geen NS bestond, en zelfs dat weet ik niet zeker. Wel dat de minister en haar ambtenaren niet weten dat de frequentie al sinds mensenheugenis veel hoger is dan twee per uur. Het enige verschil is dat de treinen vóór de 'verzelfstandiging' op tijd reden.
Maar Jorritsma voert in haar artikel daarnaast als voordeel van de verzelfstandiging van de NS aan dat de reiziger nu bij vertraging een deel van de geleden schade vergoed kan krijgen! Een beter argument voor 'marktwerking' valt niet te verzinnen.
Vol spanning las ik vervolgens de mede door minister Jorritsma ondertekende brief aan de Tweede Kamer over de overheidssubsidie ten behoeve van deelname van Nederlandse bedrijven aan de ontwikkeling van de door het Amerikaanse Lockheed Martin te bouwen Joint Strike Fighter.
Daarmee legt Nederland zich vast, daar draait de brief geen doekjes om, op de aankoop van dit toestel als opvolger van de F-16, waarvan de eerste exemplaren over een jaar of tien uit de lucht moeten worden genomen.
Ik twijfel er niet aan dat de JSF de beste keus is als opvolger van de F-16 en dat het enige verstandige aan de brief van de regering eruit bestaat dat deze open laat hoeveel JSFs Nederland er over tien jaar zal aanschaffen. Maar het regeringsvoorstel maakt in het geheel niet duidelijk waarom juist hier de markt met behulp van de grootste overheidssubsidie na die voor de Betuwelijn buiten spel moet worden gezet. En dan wel in een voorstel waarvoor uitgerekend VVD-bewindslieden tekenen.
De aangevoerde voordelen komen mij flinterdun of denkbeeldig voor. Waarom is marktwerking wel geschikt voor spoorwegen en niet voor gevechtsvliegtuigen?
Bart Tromp
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 28-02-2002