Recht is ook macht
Nu de oorlog tegen Irak is begonnen, bestaat algemeen de neiging om de basis waarop deze wordt gevoerd als niet meer terzake te beschouwen. Opmerkelijk in Nederland was dat de leiders van de CDA en PvdA, Balkenende en Bos, dit standpunt in precies dezelfde termen verwoordden: nu het ging om de keuze tussen Saddam Hoessein en Bush, moest wel voor Bush gekozen worden.
De regering stelde dat Resolutie 1441 van de Veiligheidsraad voldoende rechtsgrond voor de oorlog van Bush jr vormt, maar gaf daar geen argumentatie voor. Geen wonder. De tekst van de resolutie bevat geen autorisatie om tot geweld over te gaan. Integendeel.
Juist de Amerikaanse VN-ambassadeur verklaarde indertijd bij het debat in de Veiligheidsraad dat resolutie 1441 geen ‘hidden trigger’ bevatte, geen automatische toestemming tot geweldgebruik inhield. Om in geval van ‘ernstige schendingen’ tot militair optreden over te gaan was een tweede resolutie noodzakelijk. Aan de opstelling van die tweede resolutie hebben de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk tot dinsdag 18 maart gewerkt, maar toen bleek dat ze daarvoor geen meerderheid in de Veiligheidsraad zouden vinden, zijn zij eenzijdig een oorlog begonnen.
President Bush jr verwees in zijn oorlogsverklaring met geen woord naar de VN; hij nam daarin zelfs niet de moeite de Amerikaanse burgers uit te leggen op basis van welke argumenten hij tot militair geweld was overgegaan, wat daarvoor de rechtsgrond was. Eén van de voornaamste adviseurs van zijn regering, Richard Perle, vertolkte een paar dagen na het begin van de oorlog de werkelijke gevoelens van de neoconservatieve scherpslijpers die onder president Bush jr de dienst in Washington uitmaken. Hij stond in zijn artikel bijna te dansen van vreugde: Saddam zou snel verdwijnen, en met hem, goddank, ook de Verenigde Naties, ook al zou ‘de babbelbox aan de Hudson blijven blaten’. De wijze waarop de Verenigde Staten nu snel (schreef hij toen nog) met Irak afrekenden, zou een eind maken aan ‘de bizarre progressieve gedachte dat veiligheid gewaarborgd kan worden door internationaal recht, uitgevoerd door internationale instituties’.
In plaats daarvan moeten volgens Perle ‘wij’ – de VS – orde op zaken stellen in de wereld, in coalitie met andere bereidwillige staten (die uiteraard naar Amerikaanse pijpen dansen.) Perle’s openhartigheid maakt duidelijk dat het passeren van de Veiligheidsraad door de Verenigde Staten niet een noodgreep was, maar past in de strategie van de regering Bush jr om, steunend op een schijnbaar oppermachtig militair apparaat, VN, internationale rechtsorde en dito verdragen terzijde te schuiven als dat in het belang van de VS wordt geacht. (Hier ligt het grote verschil met de Britse regering, die onder Tony Blair hartstochtelijk naar versterking van die internationale orde streeft en juist te dien einde zich met Washington heeft verbonden om Bush jr in deze richting bij te sturen – tevergeefs.)
CDA en PvdA hebben er in hun opstelling ten aanzien de oorlog tegen Irak geen blijk van gegeven te beseffen dat het op deze wijze passeren van de Veiligheidsraad iets anders is dan een procedureel schoonheidsfoutje, waarover alleen volkenrechtdeskundigen zeuren.. De VVD stelt zich in deze zaak al helemaal onbenullig op. Als de Amerikaanse president behoefte zou hebben aan een schoothondje in krijtstreeppak, had Kamerlid Van Aartsen zich allang luid blaffend gemeld.
De neoconservatieve strategie van de VS is, kort gezegd, gebaseerd op de stelling dat macht recht is. Daar valt uit filosofisch gezichtspunt van alles tegen in te brengen, maar ik zou er hier twee praktische kanttekeningen bij maken.
De eerste is dat de internationale rechtsorde is gegroeid omdat iedereen er belang bij heeft. Minister Donald Rumsfeld illustreerde dat toen hij van de Iraki’s eiste dat zij zich bij de behandeling van krijgsgevangenen zouden houden aan de Derde Geneefse Conventie. In dit geval wilden de VS toch maar al te graag dat de veiligheid van hun soldaten gewaarborgd werd door internationaal recht.
De tweede is dat recht ook macht is. Nu staan de VS en het Verenigd Koninkrijk vrijwel alleen, want het gebrek aan internationale legitimiteit vertaalt zich in verlies aan macht. Bij de vorige Golfoorlog, onder mandaat van de VN, deden 26 staten (waaronder alle Arabische, uitgezonderd Jordanië) mee aan de oorlog. Nu is de steun minimaal en soms zelfs in het in het geniep, omdat de bevolking tegen is. De zwakheid van de Amerikaanse positie trad pijnlijk aan de dag toen de Poolse premier Bush jr verweet dat deze in het openbaar melding had gemaakt van de deelname van Poolse commando’s aan de oorlog: dat hadden de Poolse burgers niet mogen weten.
Bart Tromp
- Auteur
- Bart Tromp
- Verschenen in
- Het Parool
- Datum verschijning
- 02-04-2003